donderdag 23 oktober 2014

DE TUIN EN DE DOOD






























Nu ik zo vaak in Arnhem ben voor werk bij ArtEZ en in Amsterdam voor de Mug lijkt de tuin steeds verder weg te raken. Ik moet er dagelijks in werken om het als leven te ervaren.

Nu onder leiding van Patrick houden Jelmer en Ignace hem schoon. Geen blad te zien op alle zachte glooiende delen bedekt met Soleirolia soleirolii [slaapkamergeluk]. 

Klaas vond bij de takkehoop een gewonde ree. Dit keer niet zelf geslacht en opgegeten, maar gegeven aan de makelaar, die voor niets kwam met een koper op zoek naar een tweede huis voor zijn gezin.

Moeten we hier wel weg? Nu mijn vader een plek kreeg bij zijn favoriete rustbank voor het theehuis? De trap met varens. Nu er helemaal geen kopers komen?

'We wonen hier niet slecht' zeggen we tegen elkaar. Misschien een grote reis maken en dan terugkomen alsof we het zelf opnieuw gekocht hebben?

Maar Amsterdam lokt in een heel nieuw en licht leven. Hoog boven alles uit te kijken en overal heen te kunnen.

In de tussentijd eten we risotto met rode wijn, tijm en wilde paddestoelen

Trompette de la mort, cantharellen, pieds de moutons...



Geen opmerkingen:

Een reactie posten